Wat is een turboliquidatie?
Een turboliquidatie is een snelle manier om een rechtspersoon (bijvoorbeeld een B.V.) te beëindigen. Snel doordat de vereffeningsfase overgeslagen kan worden. De rechtspersoon houdt op te bestaan op het moment dat het ontbindingsbesluit wordt genomen.
De route van de turboliquidatie kan alleen gebruikt worden als de rechtspersoon op het moment van het ontbindingsbesluit geen baten heeft. Er valt dan immers weinig te vereffenen.
Wat verandert er?
Met de komst van de "Tijdelijke wet transparantie turboliquidatie" krijgt het bestuur van de te ontbinden rechtspersoon de volgende nieuwe extra informatieverplichtingen.
Deponeren financiële verantwoording
Binnen 14 dagen na de ontbinding van de rechtspersoon moeten de volgende stukken door het bestuur worden gedeponeerd bij het handelsregister:
- balans en een staat van baten en lasten over het boekjaar waarin de rechtspersoon is ontbonden en het voorgaande boekjaar als daarover nog geen jaarrekening openbaar is gemaakt;
- schriftelijke toelichting
- waaruit de oorzaak blijkt van het ontbreken van baten;
- (als aan de orde) de wijze waarop de baten van de rechtspersoon te gelde zijn gemaakt en de opbrengsten zijn verdeeld;
- het bestaan van eventuele schulden en – als daarvan sprake is – de redenen waarom een schuldeiser of schuldeisers geheel of gedeeltelijk onbetaald zijn gebleven.
- jaarrekeningen van eerdere jaren, inclusief eventuele accountantsverklaringen, die nog niet openbaar gemaakt zijn (en dit wel had gemoeten).
Mededelingsplicht
Nadat het bestuur de deponeringen heeft gedaan, stelt het de schuldeisers hiervan onverwijld schriftelijk op de hoogte.
Gevolgen niet-deponeren
Het niet voldoen aan de deponeringsplicht wordt aangemerkt als een economisch delict, waarvoor een boete van maximaal €22.500 kan worden opgelegd. Ook heeft een schuldeiser het recht om via de kantonrechter inzage te verzoeken in de administratie van de rechtspersoon.
Bestuursverbod
Naast de informatieverplichtingen komt er met de nieuwe wet, de mogelijkheid voor het Openbaar Ministerie om, wanneer er schulden achterblijven, de bestuurders langs civielrechtelijke weg een bestuursverbod op te leggen. Dat kan als de bestuurders:
- niet aan de voorgestelde deponeringsverplichting hebben voldaan; of
- in aanloop naar de ontbinding doelbewust één of meer schuldeisers aanmerkelijk hebben benadeeld; of
- herhaaldelijk betrokken zijn geweest bij een ontbinding zonder baten met achterlating van schulden of bij een faillissement en hen daarvan een persoonlijk verwijt treft.
Meer informatie
Heb je vragen of wil je persoonlijk advies? Neem dan gerust contact met ons op. Wij staan graag voor je klaar!