Principle Purpose Test: Misbruik van Belastingverdragen

In ons dagelijks contact met onze internationale en internationaal georiënteerde klanten, krijgen we de meest uiteenlopende vragen. Daar zitten altijd vragen tussen die voor veel meer ondernemingen, ondernemers en buitenlanders interessant zijn. Daarom delen we regelmatig; FAIQ’s = Frequently Asked International Questions. Vandaag FAIQ 5: Wat houdt de Principle Purpose Test (PPT), in?
principle purpose test misbruik van belastingverdragen

Ongewenste belastingontwijking in internationale situaties

Belastingontwijking is, alhoewel toegestaan, voor veel overheden een heikel punt. Fiscaal-juridisch worden er vaak structuren toegelaten die belastingontwijking in de hand werken. Er kan immers sprake zijn van legitieme constructies die niet in strijd zijn met de wet. Maar vooral in internationale situaties, kunnen dergelijke structuren tot misbruik leiden.

Het Multilateraal Instrument (MLI)

Om ongewenste belastingontwijking in internationale situaties te voorkomen, is er vanuit de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) het zogenoemde BEPS-project (Base Erosion and Profit Shifting) gestart.

Uit dit BEPS-project zijn 15 actiepunten voortgekomen die overheden handvatten bieden om belastingontwijking zo veel mogelijk tegen te gaan. Eén van de actiepunten uit het BEPS-project is het Multilateraal Instrument (MLI).

Overheden hebben de mogelijkheid om bestaande belastingverdragen door middel van het MLI aan te passen, zonder onderhandelingen. Het doel hiervan is het toepassen van minimumnormen om verdragsmisbruik te voorkomen.

Wel moeten overheden de bepalingen in het MLI specifiek van toepassing verklaren op de door hen gesloten belastingverdragen. Eén van de bepalingen in het MLI betreft de zogeheten Principle Purpose Test (PPT).

De Principle Purpose Test (PPT)

Kortgezegd houdt de PPT het volgende in: als van het opzetten van een juridische constructie of transactie, het behalen van een belastingvoordeel uit een belastingverdrag, een van de voornaamste doelen is, dan zal dat voordeel niet worden toegekend.

Als kan worden vastgesteld dat het toekennen van dat voordeel in die omstandigheden in overeenstemming zou zijn met het voorwerp en het doel van de desbetreffende bepalingen van het belastingverdrag, dan zal het voordeel wel worden toegekend. De PPT is in relatie tot Nederland al van toepassing op verschillende belastingverdragen, zoals met Luxemburg, België en Frankrijk.

PPT bij uitkering van dividend

Een voorbeeld waarbij de PPT eventueel van toepassing kan zijn, is bij de uitkering van dividend. Bijvoorbeeld als er een constructie is opgezet, waarbij vanuit Nederland aan een buitenlandse vennootschap dividenden worden uitgekeerd, en deze buitenlandse vennootschap binnen de structuur geen enkele economische functie heeft.

In dat geval kan de PPT een eventueel voordeel beperken dat volgt uit een belastingverdrag. Van belang is wel dat beide landen er voor hebben gekozen middels het MLI, de PPT van toepassing te verklaren op het gesloten belastingverdrag.

Gevolgen voor internationale adviespraktijk

De PPT is van grote invloed binnen de internationale adviespraktijk. Naast het adviseren over de belastinggevolgen inzake een op te zetten constructie of transtractie, dient in de praktijk ook acht te worden geslagen op de eventuele toepassing van de PPT.

Daarom moet altijd worden beoordeeld of de structuur of transactie als een gebruikelijke zakelijke aangelegenheid, die de economische werkelijkheid afspiegelt, kan worden beschouwd.

Wordt aan dat laatste voldaan? Dan kan worden gesteld dat er sprake is van een overeenstemming met het voorwerp en het doel van de desbetreffende bepalingen van het belastingverdrag. Er is dan geen sprake van misbruik van een belastingverdrag.

Neem contact op

Contact

Erwin Morrien
mr. Erwin Morriën

Belastingadviseur

+31 (0)8 82 02 17 34

Deel dit artikel