Subsidietak Moore MKW ondersteunt bij innovatie met slimme buurtbatterij in Almelo

Om onze huizen duurzaam te verwarmen, zijn we op zoek naar slimme energie-oplossingen. Zon en wind bijvoorbeeld. Maar hoe komen wij aan duurzaam opgewekte energie op momenten dat het niet waait of als de zon niet schijnt? Met de hulp van Moore MKW Subsidieadvies krijgt een samenwerkingsverband van kennisinstellingen en het bedrijfsleven een DEI+-subsidie van € 475.000 voor de slimme buurtbatterij in een wijk in Almelo.

Subsidietak Moore MKW ondersteunt bij innovatie met slimme buurtbatterij in Almelo

Wat gebeurt er in het onderzoeksproject ‘Een slimme buurtbatterij in een oude Weverij'?

Op het Indiëterrein in Almelo ontwikkelt Ter Steege Bouw sinds 2014 nieuwe woningen. De bewoners van acht nieuwe huurwoningen in de Oude Weverij krijgen een duurzaam energiesysteem waarbij gebruik wordt gemaakt van een zogenaamde Vanadium Redox Flow buurtbatterij. De woningen worden verwarmd met een warmtepomp en op het dak liggen zonnepanelen die de warmtepomp van elektriciteit voorzien.

Daarnaast is er een batterij aanwezig die het overschot van de elektriciteit opslaat die de zonnepanelen produceren op zonnige dagen. De opgeslagen zonne-energie kan op een later moment dan weer gebruikt worden voor de warmtepomp. Zo ontstaat een soort ‘warmtebuffer’. Een oplossing waar veel behoefte aan is. Want het opslaan van duurzame energie is en blijft een uitdaging de komende jaren.

“We willen op deze manier ervaringen opdoen en leren van deze samenwerking”, vertellen directeuren Johan Riezebos en Rudy Weghorst van Ter Steege.

Welke partijen werken samen in dit project en waarom?

De pilot start met acht woningen. “Dat is klein en behapbaar, en daar willen we als Ter Steege best leergeld in investeren. Maar je wilt ook een doorkijkje hebben naar de toekomst: hoe gaan we hiermee om als we bezig zijn met gebiedsontwikkeling”, legt Johan Riezebos uit.

Er zitten volgens hem veel technische en economische aspecten aan de innovatie. Wat werkt, wat niet en hoe is hier een rendabele businesscase van te maken voor alle betrokkenen? Maar ook het sociale aspect is volgens de directeur innovatie extreem belangrijk. Hoe gaan bewoners om met deze innovatie?

“Je hebt te maken met mensen die uit een woning uit de jaren 50 of 60 komen. Als ze deze nieuwe woning betrekken, dan is het alsof ze paard en wagen inruilen voor een splinternieuwe Tesla en zich vervolgens afvragen waar de teugels zijn. We moeten daarom bij dit soort innovaties juist ook naar het gedrag kijken van mensen.”

Bij het onderzoeksproject is naast bedrijven als Ter Steege, Loohuis Installatie, Solar Freezer, Coteq Netbeheer en Contour Advanced Systems ook de Universiteit Twente betrokken om al deze aspecten goed te onderzoeken. De samenwerking moet uiteindelijk leiden tot een operationele pilot onder Nederlandse praktijkomstandigheden, waarbij een centrale rol is weggelegd voor de bewoners.

Met de projectresultaten hopen de aangesloten marktpartijen straks een nieuw woon-energie-concept in de markt uit te rollen voor toekomstige (huur)woningen in Nederland.

Het belang van samenwerking tussen bedrijfsleven en universiteit

Voor de Universiteit Twente is de samenwerking waardevol omdat ze onderzoek kunnen doen in een realistische praktijksituatie. Vanuit de UT zijn twee vakgroepen/leerstoelen betrokken. Vanuit de faculteit BMS is dit de vakgroep Governance and technology for sustainability. Frans Coenen van deze vakgroep hoopt dat de pilot en de samenwerking leidt tot een nieuwe manier van denken over een probleem dat in heel Nederland speelt.

‘’Wat kan er op het gebied van nieuwe energiesystemen binnen de huidige regelgeving? Er zijn in Nederland al veel experimenteerprojecten met nieuwe energiesystemen geweest, maar daarbij werden vaak bestaande regels omwille van dat ene experiment minder in acht genomen. Maar in de praktijk lopen we er tegen aan dat zonder deze uitzonderingen op de bestaande Wet- en regelgeving die innovaties praktisch onuitvoerbaar blijken.

Of dat een netbeheerder onvoldoende netcapaciteit heeft om de nieuwe energiesystemen toe te kunnen staan”, geeft Coenen als voorbeeld. “Dat is natuurlijk het ergste wat je als bouwfirma kan overkomen: dat de netbeheerder gaat zeggen, sorry, u kunt hier geen nieuwe woonwijk met een alternatief energiesysteem realiseren want er is geen netcapaciteit meer."

Vraagstukken rondom energietransitie

Prof. dr. Johann Hurink is als hoogleraar mathematische besliskunde aangehaakt bij het project. Hij richt zich vanuit zijn leerstoel op het verbeteren van processen binnen de energietransitie met behulp van wiskundige modellen en technieken.

“We zijn als UT bezig met veel vraagstukken die de komende jaren spelen rondom de energietransitie. Het ontwikkelen van een batterij zoals we die in dit project gebruiken is nu nog duur, maar we verwachten dat het op termijn wel een economisch haalbaar alternatief is. We kunnen in dit project nu al echt zien: hoe kunnen wij deze batterij inzetten in de praktijk?

We kijken waar de grenzen liggen van wat er mogelijk is. Waar liggen belemmeringen als het gaat om capaciteit en flexibiliteit? We proberen het hele spectrum bij elkaar te brengen: van wat er nu op korte termijn moet gebeuren tot de potentie op lange termijn.”

De DEI+-subsidie en de rol van Moore MKW

De subsidieadviseurs van Moore MKW zijn betrokken bij het samenbrengen van de verschillende projectpartners. Het advies van Moore MKW is om gebruik te maken van de regeling Demonstratie Energie- en Klimaatinnovatie (DEI+). Dit is een subsidie die bestemd is voor het demonstreren en ontwikkelen van innovaties in de praktijk.

De subsidieadviseurs van Moore MKW adviseren de aanvragers over de subsidie, maar ondersteunt ook bij het schrijven van de projectplannen en het onderhouden van contact met de subsidieverstrekker RVO. “Uiteindelijk moeten de bedrijven en de onderzoekers de focus hebben op de uitvoering van het project en het bijbehorende onderzoek. We spreken als intermediair de taal van de subsidieverstrekker, maar ook die van de klant.’’

Moore MKW slaagt er in om € 475.000 subsidie, die is verdeeld over de Universiteit Twente en de verschillende projectpartners, aan te trekken voor het project en onderhoudt de projectadministratie. Voor alle betrokken partijen is de ondersteuning van Moore MKW essentieel om het project te laten slagen. Iedereen heeft z’n competenties, volgens Ter Steege-directeur Johan Riezebos. “Als ik zie hoe zo’n subsidieaanvraag ingediend moet worden, daar komt echt wel wat bij kijken. En je moet moet niet denken dat dit dingen zijn die je er even bij kunt doen.”

Resultaten van het project

In maart 2023 loopt het project af en moet er moet er een eindrapport komen waarin bevindingen staan waar heel Nederland mogelijk profijt van kan hebben. Dan is onderzocht hoe in de oude Weverij in Almelo het lokale energiesysteem werkt.

Maar ook hoe het zit met de organisatorische en contractuele kaders van zo’n lokaal energiesysteem. Vanuit onderzoeksperspectief zou het volgens Frans Coenen mooi zijn om nog een jaar extra te blijven monitoren.

“Want uiteindelijk willen we goed gedocumenteerde gegevens boven tafel krijgen. Zodat we echt kennis en inzichten hebben hoe de systemen en mensen zich gedragen in zo’n nieuw energiesysteem.”

Meer informatie?

Bezig met plannen of ideeën waarin verduurzaming of innovatie centraal staan? Vaak liggen er dan interessante subsidiemogelijkheden. Als Moore MKW adviseren we je graag over subsidiekansen en kunnen we samen verkennen of er mogelijkheden zijn voor interessante samenwerkingen met andere partijen. Neem voor meer informatie of een kennismaking contact met ons op, we helpen je graag.

Neem contact op

Contact

Erik Schapink Msc
Erik Schapink

Subsidieadviseur

+31 (0)5 41 21 74 49

Deel dit artikel