Herinvesteringsvoornemen
Je kunt alleen een herinvesteringsreserve vormen als je op de balansdatum het voornemen hebt om te herinvesteren in een bedrijfsmiddel. Kort gezegd reserveer je de boekwinst bij verkoop van een bedrijfsmiddel om dit vervolgens af te boeken op de investering in een of meer andere bedrijfsmiddelen. Deze boekwinst bestaat uit de verkoopopbrengst – verminderd met eventuele kosten – minus de boekwaarde van het verkochte bedrijfsmiddel.
Zolang je het voornemen tot herinvesteren hebt, mag je de reserve aanhouden. Er is echter wel één belangrijke restrictie: de herinvesteringstermijn bedraagt maximaal drie jaar, na het jaar waarin je het bedrijfsmiddel hebt verkocht. Ben je niet meer van plan om te herinvesteren of zijn de drie jaar verstreken, dan moet je de herinvesteringsreserve (of het restant daarvan) alsnog toevoegen aan de winst.
Tip! Onder strikte voorwaarden kan de driejaarstermijn worden verlengd. Dat kan alleen als voor de herinvestering een langer tijdvak vereist is (gezien de aard van de door jou aan te schaffen bedrijfsmiddelen) of wanneer de herinvestering door bijzondere omstandigheden is vertraagd.
Afboeken van de reserve
Koop je een nieuw bedrijfsmiddel, dan moet je de herinvesteringsreserve afboeken op de aanschafprijs van deze nieuwe investering. Door deze afboeking kun je dan minder afschrijven op het nieuwe bedrijfsmiddel. Daarbij geldt een boekwaarde-eis.
Dat wil zeggen dat bij afboeking de boekwaarde van het nieuwe bedrijfsmiddel niet lager mag worden dan de boekwaarde van het verkochte (vervreemde) bedrijfsmiddel op het moment van verkoop (vervreemding). Is op het verkochte bedrijfsmiddel in het verleden willekeurig afgeschreven, dan moet je uitgaan van de boekwaarde zonder rekening te houden met deze willekeurige afschrijving.
Tip! Je moet een herinvesteringsreserve afboeken bij aanschaf van een nieuw bedrijfsmiddel. Dit geldt echter niet voor een herinvesteringsreserve die is gevormd bij de verkoop van een bedrijfsmiddel waarop in meer dan tien jaar wordt afgeschreven of waarop niet wordt afgeschreven. Deze hoeft pas te worden afgeboekt als je een bedrijfsmiddel aanschaft met eenzelfde economische functie als het verkochte bedrijfsmiddel. Houd echter wel de driejaarstermijn goed in de gaten!
Vervangend bedrijfsmiddel
Je bent ook niet verplicht om te investeren in eenzelfde bedrijfsmiddel. Heb je bijvoorbeeld met de verkoop van machines boekwinst behaald en hiervoor een herinvesteringsreserve gevormd, dan kun je de herinvesteringsreserve ook (deels) afboeken op de aanschafprijs van bijvoorbeeld nieuw kantoorinventaris. Op deze regel bestaat een uitzondering.
Afboeking op bedrijfsmiddelen waarop niet wordt afgeschreven (grond) of bedrijfsmiddelen met een afschrijvingstermijn langer dan tien jaar (zoals gebouwen), kan alleen als sprake is van eenzelfde economische functie. Gereserveerde boekwinst bij verkoop van een machine kun je dus niet afboeken op de aanschaf van een bedrijfspand.
Let op! Er kan een verschil in afboeking ontstaan bij een volledige dan wel onvolledige vervanging. Is er sprake van overheidsingrijpen? Dan hoeft het, onder voorwaarden, overigens weer niet om een zelfde economische functie te gaan.